We hebben het vroeger allemaal gehad, rijles. Best spannend in het begin, nog niet alles ging goed en de motor van de auto sloeg nog wel eens af. Dat laatste gebeurde ook in september 2021 toen de lesauto stil stond voor een rood stoplicht. Toen het stoplicht op groen sprong, trok de auto langzaam op, reed een paar meter en viel daarna stil. De auto hierachter reed vervolgens achterop de lesauto. De vraag is: Wie heeft er schuld aan dit ongeval?
Standpunt bestuurder achterliggende auto
De bestuurder van de achterliggende auto heeft de aansprakelijkheid erkend. Deze aansprakelijkheid is echter slechts voor 50% erkend, omdat er volgens hem sprake is van eigen schuld ex artikel 6:101 BW aan de zijde van de lesauto. Het ongeval zou mede zijn veroorzaakt door omstandigheden die aan de rij-instructeur toe te rekenen zijn. Zo is het verboden om de auto midden op de weg stil te laten vallen. Deze gedraging brengt een objectief gevaarzettend karakter met zich mee voor de achterliggende auto. De kans op een ongeval wordt hierdoor vergroot.
Standpunt rij-instructeur
De rij-instructeur stelt zich op het standpunt dat de bestuurder van de achterliggende auto er rekening mee had moeten houden dat auto’s soms haperend optrekken of dat de motor kan afslaan op het moment dat zij vanuit stilstand wegrijden bij een stoplicht. Dit gebeurt bovendien vaker bij lesauto’s. Daarom valt hem niets te verwijten waardoor er geen sprake is van eigen schuld.
Beoordeling Rechtbank
De eigen-schuld-vraag is voorgelegd aan de Rechtbank Rotterdam. De rechtbank komt tot het oordeel dat er geen sprake is van eigen schuld nu er geen gevaarzettende handelingen zijn toe te rekenen aan de rij-instructeur, de juridisch bestuurder van het voertuig. Als eerste reden heeft de rechtbank aangegeven dat het afslaan van de motor bij het optrekken met regelmaat voorkomt. De oorzaken hiervoor kunnen een verkeerd uitgevoerde manoeuvre, een te lage motortemperatuur of een technisch probleem met het voertuig zijn. Stilstand van het voertuig werd in deze casus niet beoogd door de rij-instructeur.
Als tweede reden heeft de rechtbank aangegeven dat het aan de bestuurder van het achterliggende voertuig is om zijn voorganger in het oog te houden en de eigen snelheid af te stemmen op het voorliggende voertuig. De bestuurder van het achterliggende voertuig is de enige die ervoor kan en ook moet zorgen dat de afstand tussen beide voertuigen groot genoeg is. Op het moment dat er een als zodanig herkenbare lesauto voor u rijdt, heeft u volgens de rechtbank nog een extra reden om goed op te letten en de eigen snelheid aan te passen.
Dat bestuurders van lesauto’s het voertuig nog niet optimaal onder controle hebben en dat zij soms wat traag kunnen optrekken is algemeen bekend. De bestuurder van de achterliggende auto had zich hierop moeten aanpassen. In dit geval reed hij te snel, was de afstand te klein of was hij onvoldoende oplettend. Er wordt geen eigen schuld van de rij-instructeur aangenomen. De bestuurder van de achterliggende auto is aansprakelijk voor de schade.
Heb je vragen over letsel en wil je graag dat wij jou helpen met het krijgen van een (hogere) schadevergoeding? Neem dan contact met ons op via: 0495 – 75 59 58.
Hele uitspraak: ECLI:NL:RBROT:2022:8837