Op 22 november 2016 deed de Rechtbank Den Haag uitspraak in een zaak waarin één van de eigenaren van een paard letselschade heeft opgelopen als gevolg van een gedraging van hun paard. In het kort: het paard was in eigendom van een getrouwd koppel die samen met de koets een tocht gingen maken. Omdat het paard wat schrikachtig werd is de man naast het paard gaan lopen om hem zo verder te begeleiden. Dit mocht helaas niet baten met als gevolg dat het paard de man klemzette tegen een stilstaande auto. De koets is vervolgens over zijn benen gereden. Hierdoor raakte het rechterbeen van de man verbrijzeld en uiteindelijk werd het rechterbeen na 22 operaties te hebben ondergaan alsnog tot boven de knie geamputeerd.
De man stelt vervolgens de echtgenote op basis van art. 6:179 BW aansprakelijk in haar hoedanigheid van koetsier. Zijn echtgenote was namelijk ten tijde van het ongeval als koetsier tegen wettelijke aansprakelijkheid verzekerd voor schade veroorzaakt of ontstaan tijdens de looptijd van de door haar afgesloten koetsiersverzekering. De verzekeraar wijst aansprakelijkheid echter af, waardoor het aansprakelijkheidsvraagstuk als deelgeschil aan de rechtbank wordt voorgelegd.
De rechtbank stelt het slachtoffer in het gelijk en acht aansprakelijkheid onder de koetsiersverzekering aanwezig, hetgeen betekent dat deze tot uitkering zal moeten overgaan. Had de man zijn echtgenote op basis van haar algemene WA-verzekering aangesproken als mede-bezitter van het paard, dan had deze zaak waarschijnlijk een andere (voor hem negatievere) uitkomst gekend, zo laat de rechtbank doorschemeren in haar vonnis.
Mocht u letselschade hebben opgelopen als gevolg van het gedrag van een dier, dan bent u bij De Peel Letselschade aan het juiste adres!
@ De Peel Letselschade Weert