Hoofdelijke en groepsaansprakelijkheid

De laatste tijd is nogal wat te doen geweest over hoofdelijke aansprakelijkheid en groepsaansprakelijkheid. Dit heeft natuurlijk te maken met de recente rellen in diverse steden in Nederland. Diverse media en politici spraken schande over de relschoppers en verkondigden dat iedereen die plunderde of relde hoofdelijk aansprakelijk was voor de schade. Daarnaast wordt er gesproken over groepsaansprakelijkheid. Hieronder zal kort uitgelegd worden wat deze twee termen inhouden en daarna zal een korte kanttekening geplaatst worden.

 

Wat is hoofdelijke aansprakelijkheid en groepsaansprakelijkheid?

 

Bij een eenvoudig schadegeval is er vaak iemand die de schade veroorzaakt en iemand die schade lijdt. Iemand die schade lijdt, kan de schade verhalen op degene die zich onrechtmatig heeft gedragen. Hiervoor is het wel nodig dat aangetoond kan worden dat er een causaal verband bestaat tussen de gedraging en de specifieke schade.[1] Bij slechts één veroorzaker is dat makkelijk aan te tonen.

 

Maar als er bijvoorbeeld 50 mensen een winkel plunderen, is het zeer lastig vast te stellen wie precies welke specifieke schade heeft toegebracht. Groepsaansprakelijkheid biedt hiervoor de oplossing. De wet biedt deze mogelijkheid in artikel 6:166 BW. De term groepsaansprakelijkheid lijkt aan te geven dat de groep als geheel aansprakelijk is, maar dat is onjuist. Het gaat er kort gezegd om dat individuele personen van een schadeveroorzakende groep, allemaal hoofdelijk aansprakelijk zijn.

 

Iemand die hoofdelijk aansprakelijk is, kan voor de gehele schade worden aangesproken en dus niet alleen voor de schade die het individu alleen zelf heeft veroorzaakt. Het is wel van belang dat er een groep is. Het is niet noodzakelijk dat de groep van tevoren af heeft gesproken of dat het allemaal bekenden van elkaar zijn.[2]Wel is belangrijk dat de aangesproken persoon de groep in ieder geval heeft gestimuleerd om een bepaalde onrechtmatige gedraging te verrichten, maar hij hoeft niet zelf de gedraging te hebben verricht.[3] Iemand die toevallig van een afstandje meekijkt, behoort dus niet tot de groep en kan dus ook niet hoofdelijk aansprakelijk worden gesteld.

 

Het is ook mogelijk om in letselzaken met groepsaansprakelijkheid te maken te krijgen. Denk bijvoorbeeld aan een mishandeling door meerdere personen, waarbij niet duidelijk is wie precies welke schade heeft toegebracht. Bij dergelijke zaken hoeft het overigens niet zo te zijn dat groepsaansprakelijkheid alleen van toepassing is wanneer de mishandeling is gericht tegen één of meerdere bepaalde personen. Ook eventuele omstanders die letsel oplopen, kunnen zich dan beroepen op groepsaansprakelijkheid.[4]

 

Is artikel 6:166 nodig?

 

Is het nodig dat er een apart artikel in het Burgerlijk Wetboek is opgenomen voor groepsaansprakelijkheid? Eigenlijk niet, want vóór de introductie van het artikel in 1992 werd gedurende lange tijd in de literatuur en de rechtspraak aangenomen dat groepsaansprakelijkheid mogelijk was, alleen via een ander artikel.[5] In de parlementaire geschiedenis wordt eigenlijk gezegd dat het artikel alleen is opgenomen, omdat men buiten alle twijfel wilde stellen dat groepsaansprakelijkheid mogelijk was zonder een direct causaal verband. Daarnaast werden na de introductie van het artikel bepaalde aansprakelijkheidsverzekeringen aangepast, zodat deze geen dekking boden bij aansprakelijkheid op grond van artikel 6:166 BW. Dit betekende juist minder bescherming voor slachtoffers.[6]

 

Heb je vragen over aansprakelijkheid of heb je letsel opgelopen en wil je graag dat wij jou helpen met het krijgen van een schadevergoeding? Neem dan contact met ons op via: 0495 – 75 59 58.

 

Deze blog werd geschreven door Maan Hermans.      

[1] Dit volgt uit artikel 6:162 BW.

[2] Rb. Rotterdam 29-08-2014, ECLI:NL:RBROT:2014:7217, NJF 2014/401.

[3] A.J. Verheij, Onrechtmatige daad (Monografieën Privaatrecht nr. 4) 22 Groepsaansprakelijkheid, Deventer: Wolters Kluwer 2019.

[4] Hof ’s-Hertogenbosch, ECLI:NL:GHSHE:2014:5169, JA 2015/40.

[5] Namelijk artikel 6:162 BW.

[6] R.H. Stutterheim, ‘Groepsaansprakelijkheid ex artikel 6:166 BW: een overbodige en ongewenste regeling’, NJB 2002, afl. 13, p. 653-656.